Verkiezingen in Zweden: populisme aan het roer?

maandag 24 september 2018, 13:00, analyse van Frank Visser

Op zondag 9 september waren er parlementsverkiezingen in Zweden. Van tevoren leek de centrale vraag bij deze verkiezingen of de Zweden de weg van het populisme zouden inslaan.

EU-president Tusk waarschuwde begin 2017 in een brief voor nationalisme en populisme in Europa. (1) Een halfjaar later liet ook Europese Commissievoorzitter Juncker weten ‘genoeg voorbeelden te zien dat het gevaar van populisme nog niet is geweken’. (2) Voorbeelden waar Juncker op doelde waren o.a. de verkiezingen in Frankrijk waar Macron alle zeilen moest bijzetten om Front National te verslaan. En in Duitsland wist Alternativ für Deutschland (AfD) ook veel stemmen te halen. Ook in de uitslagen van recent georganiseerde verkiezingen zullen Tusk en Juncker hun stelling bevestigd zien. Denk bijvoorbeeld aan Oostenrijk waar de conservatieve ÖVP en de rechtse FPÖ wonnen en nu gezamenlijk een regering vormen. Of Italië, waar eerder dit jaar de centrumrechtse coalitie van Matteo Salvini afgetekend wist te winnen. Net als de populistische Vijfsterrenbeweging van Beppe Grillo. In Hongarije wist zittend premier Orban zijn positie verder uit te breiden en in Slovenië maakte oud-premier Janša via een tumultueuze en bij tijd en wijle nationalistische campagne, een enorme comeback in de Sloveense politiek.

Het Zweedse systeem

Om de lange hegemonie van de sociaaldemocraten te breken werd in 2004 Alliansen opgericht, een samenwerkingsverband (rechts blok) tussen Moderaterna, de centrumpartij, liberalen en christendemocraten. De sociaaldemocraten werken samen met de Groenen in de het Rood-Groene blok en hebben steun van o.a. de Linkse Partij. Hiermee is dus een ‘links’ en een ‘rechts’ blok ontstaan. De populistische Sverigedemokraterna (Zweden-Democraten) zitten in geen van deze samenwerkingsverbanden, zij worden in het land als extreemrechts gezien, o.m. vanwege hun opvattingen over immigratie. Saillant is dat amper nadat minister-president Löfven was gestart met zijn ploeg in 2014 er problemen ontstonden over de nieuwe begroting en door partijen uit het ‘rechtse blok’ geholpen moest worden om een vroegtijdige val van de regering te voorkomen.

Campagne

In de verkiezingscampagne kwam één thema steeds terug: de migratiecrisis van 2015 en de mogelijke gevolgen hiervan voor integratie, sociale zekerheid, gezondheidszorg en veiligheid. Om de Zweden-Democraten de wind uit de zeilen te halen had de regering-Löfven al strengere immigratieregels ingevoerd. Niettemin wezen de peilingen continu op een enorme groei voor de Zweden-Democraten. De uitslag was afgetekend. Van de 349 te verdelen zetels in de Riksdag kregen de sociaaldemocraten er 100. Weliswaar een verlies van 13 en de slechtste uitslag voor deze partij in een eeuw, maar nog altijd flink meer dan de 70 zetels voor de tweede partij Moderaterna (-14). De Zweden-Democraten wonnen ‘slechts’ 13 zetels en kwamen uit op 62. Weliswaar hun beste uitslag ooit, maar veel minder spectaculair dan was voorspeld. Opvallend is verder dat de Groenen flink verloren. Opmerkelijk is ook dat partijen die zich in de campagne sterk maakten voor snelle en strengere inburgering van vluchtelingen -de Centrumpartij en de Linkse Partij- ook zetels wonnen, samen meer dan de ZwedenDemocraten alleen. Het Rood-Groene blok haalde 144 (-15) zetels, Alliansen won er twee en kwam op 143. Beide blokken zijn dus goed voor zo’n 40 procent van de uitgebrachte stemmen.

Hoe verder?

Zweden heeft gekozen voor Löfven. Immers, zijn partij werd de grootste, net als het Rood-Groene blok. Toch ligt het genuanceerder. Door het verlies van de sociaaldemocraten en de Groenen heeft het Rood-Groene blok verloren, wat regeren minder aannemelijk maakt. Alliansen daarentegen won, door forse winst van de Centrumpartij en de christendemocraten. Mijns inziens zijn er vooralsnog twee mogelijkheden. Net als in Noorwegen en Denemarken komt er een minderheidsregering, gevormd door Alliansen met vier partijen, waarbij Ulf Kristersson (Moderaterna) premier wordt. De andere optie die ik zie is dat een van de partijen uit het RoodGroene blok steun geeft aan de Alliansen-coalitie. De sleutel ligt daarvoor bij de Linkse Partij. Zij willen -net als de Centrumpartij- inzetten op snelle inburgering van vluchtelingen. Als de Linkse Partij instapt, dan zou het zomaar kunnen dat dat de positie van de Centrumpartij verder versterkt. Zij staan immers dichter bij de Linkse Partij dan de anderen uit de Alliansen-coalitie en wonnen een flink aantal zetels. Als dat zou lukken, dan kiest men niet alleen om niet voor populistische politiek te gaan, maar zou dat ook de weg openen naar de eerste vrouwelijke premier van het land: Annie Lööf van de Centrumpartij.

  • (1) 
    http://www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases/2017/01/31/tusk-letter-future-europe/
  • (2) 
    https://www.elsevierweekblad.nl/buitenland/achtergrond/2017/06/juncker-populistisch-gevaar-nogniet-geweken-519298/
 

Frank Visser studeerde politicologie aan de Universiteit van Amsterdam en is voorzitter van het Scandinavië Instituut. Het instituut beoogt de kennis van en belangstelling voor Noord-Europa -in Nederland- te stimuleren. Meer informatie is te vinden via www.scandinavie-instituut.eu of volg via Twitter: @ScandinavieNL.