Het is een programkabinet

maandag 29 mei 2017, Aalt Willem Heringa is hoogleraar vergelijkend constitutioneel en administratief recht aan de Universiteit Maastricht

De vraag is of we nu onder een demissionair kabinet slecht af zijn. Soms is het enkele oppassen op de winkel niet zo'n ramp. Dan kunnen er ook geen overbodige kostbare ingrepen worden gedaan en kunnen we de kracht van de samenleving zien. Maar los daarvan, een echte regering is nu natuurlijk wel weer zo handig om her en der ingrepen te doen die echt nodig zijn, zoals een energietransitie, of een herziening van het belastingstelsel, of het aanhaken bij Duitsland en Frankrijk als het over de toekomst van de EU gaat. Maar waarom moet dat steeds via een echt 100% meerderheidskabinet, dat een via geheime onderhandelingen bereikt dichtgetimmerd regeerakkoord heeft? En waarin alle deelnemers op alle punten het met elkaar eens moeten worden.

Deelakkoorden

In Frankrijk heeft Macron voorshands laten zien hoe het ook kan: breng tegenpolen bij elkaar, combineer expertises, en zoek naar oplossingen. Waarom is bij ons niet gezocht naar een voortbouwen op de werkwijze de afgelopen jaren? Namelijk kijken of er via allerlei akkoorden meerderheden gevonden kunnen worden. Het mooiste is dan een kabinet dat grosso modo voor het meeste beleid een overeenkomst heeft bereikt, en voor het overige steeds beziet of er een meerderheid voor een maatregel of een pakket is te vinden. Dat is misschien vervelend als je als coalitiepartner dan ziet dat een door jou voorgestaan beleid niet een meerderheid haalt. Maar ja, je kunt ook zeggen, dat is nu eenmaal de uitkomst van de verkiezingen. Het is natuurlijk ook nogal wat om voor regeringsdeelname te eisen dat programmapunten die niet gedragen worden door een meerderheid van de kiezers, toch in een regeerakkoord terecht komen. Dan krijgen we de regeerakkoorden waarin vele onderscheiden punten zijn uitonderhandeld maar niet de meerderheid vertegenwoordigen.

Het wordt dan de democratie van inderdaad geheime onderhandelingen over deelakkoorden, maar wel met een publieke uitkomst. We kunnen dan zien wie zich aan welke deelonderwerpen committeert.

Niet demissionair kabinet

Dus: een kabinet zonder al te veel programma, en met een aantal onderwerpen die opengelaten worden en waar de coalitiepartijen afspreken zich aan parlementaire meerderheden te houden. Het handigste is om dat vanuit een meerderheidskabinet te doen, want dan is for the time being tenminste het bestaan enigszins verzekerd. En bij een verstandig meerderheidskabinet met een aantal open eindjes zal men de boer op moeten voor steun voor specifieke maatregelen, of kan de Tweede Kamer via het initiatiefrecht zaken op de agenda zetten. Dat is toch beter dan het eindeloos voortmodderen zoals nu, met een demissionair kabinet dat de begroting voor 2017 gaat maken, en overigens ook voor iedere maatregel naar de Staten-Generaal moet. Dan maar een echt kabinet, tot stand gekomen na de maart 2017 verkiezingen, dat deels een eigen programma heeft, en deels aan de slag moet om steun van de meerderheid ter verwerven.

Zou dat de politiek niet veel aantrekkelijker maken? En niet gezegd is dat deze formule er een is voor de eeuwigheid. Een volgende keer kan het weer anders. Maar nu doen of we nog net zo kunnen doorgaan als altijd, is een misvatting. Het zou de Tweede Kamer sieren, nu men het voortouw heeft bij de formatie, om te laten zien dat er nieuwe politiek is en dat er snel een niet demissionair kabinet aan de slag kan. Als de Tweede Kamer dat wil, kan het scenario van een kabinet toch ook weer wijzigen? Er bestaat wel de praktijk dat we eigenlijk niet tussentijds van kabinet wisselen, maar die praktijk dateert van de tijd dat de koning nog een prominentere rol had. Die rol ligt nu bij de Tweede Kamer. Kortom, wat let de Tweede Kamer om desnoods nu een interim kabinet neer te zetten, dat niet demissionair is en een opdracht mee krijgt waar een meerderheid mee uit de voeten kan?

Deze bijdrage stond in