De klimaatwet: ‘machtsgreep Europese Commissie’ is schromelijk overdreven

woensdag 4 maart 2020, 16:10, analyse van Casper van Vliet

Vandaag presenteerde de Europese Commissie de klimaatwet. Dit wetsvoorstel beoogt het doel van een klimaatneutrale Europese Unie in 2050 officieel vast te leggen. De NOS en een aantal landelijke dagbladen spraken in hun beoordeling van dit voorstel van een 'machtsgreep' van de Europese Commissie. Dit beeld werd ondersteund door Europese politici te citeren die dat ook vonden. De vraag is of dit beeld terecht is, want er ontbrak in de berichtgeving uitleg waar die machtsgreep nu precies uit zou blijken.

Specifiek richt de kritiek zich op twee punten. Het eerste bezwaar is dat de Commissie de reductiedoelen zonder inspraak van de lidstaten mag vaststellen. Dat behoeft nuancering. De Commissie wil voor 2030 een reductiedoel (zoveel procent minder uitstoot van broeikasgassen) vaststellen in overleg met de Raad van Ministers en het het Europees Parlement. Na 2030 zou iedere vijf jaar een rapportage worden gemaakt over wat er de vijf jaar ervoor is gedaan en welke reductie de vijf jaar erop moet worden gerealiseerd. Dat wil de Commissie via gedelegeerde wetgeving bepalen.

Gedelegeerde wetgeving wordt gebruikt bij het uitwerken van specifieke maatregelen die in Europese regels zijn vastgelegd. Dat gaat in principe vooral over meer technische details. Dat vat de Commissie hier ruim op. De maatregel waar het in deze klimaatwet over gaat is de reductie-doelstelling voor 2035, 2040 en 2045 - politiek zeer gevoelig en toch echt niet zo maar een detail.

Mocht dit mechanisme nu toch via gedelegeerde wetgeving in de uiteindelijke klimaatwet worden opgenomen, dan is de rol van de lidstaten en het Europees Parlement zeker nog niet uitgespeeld. In procedures voor het vaststellen van dit soort handelingen kunnen lidstaten en EP soms op voorhand, en in principe altijd nadien, bezwaar aantekenen. En de lidstaten hebben bovendien inbreng via door hen aangestelde experts die de Commissie adviseren.

Het tweede bezwaar van de kritiek in de media betreft de notie dat de Commissie de lidstaten kan straffen als ze hun reductie-doelstellingen niet halen. Dat lijkt niet het geval. Deze klimaatwet gaat over het einddoel, niet over maatregelen waarmee dat doel moet worden bereikt. Wat de Commissie wil is dat zij aanbevelingen kan doen aan lidstaten die de afspraken naar alle waarschijnlijkheid niet gaan halen. Iets wat de Commissie impliciet sowieso al mag. Aanbevelingen zijn verder ook geen dwingend instrument, al wil de Commissie wel dat lidstaten tekst en uitleg geven wanneer ze een aanbeveling negeren. Alle verdere maatregelen, zowel voor individuele lidstaten als voor de EU in zijn geheel, om dit doel te halen legt de Commissie voor aan de Raad en het Europees Parlement, volgens de gewone wetgevingsprocedure. Het is dus niet zo dat de Commissie zich met deze klimaatwet een volmacht geeft om maatregel na maatregel over de EU uit te rollen.

Het feit dat de Commissie lidstaten op de vingers zou tikken als ze zich niet houden aan Europese regels of doelen is ook niets nieuws. Dat is juist één van de kerntaken van de Commissie: ervoor zorgen dat iedereen zich aan de afspraken houdt.

Mocht het lidstaten en Europarlementariërs toch allemaal te ver gaan, hebben ze nog genoeg mogelijkheden in de behandeling van het voorstel om aanpassingen voor te stellen of het weg te stemmen. Dat laatste zou wel opmerkelijk zijn, omdat zowel het EP als de lidstaten - zij het met een wat tegensputterend Polen - zich al vóór een klimaatneutrale EU in 2050 hebben uitgesproken. De stelling dat de klimaatwet een machtsgreep van de Europese Commissie is, is dan ook schromelijk overdreven.

Casper van Vliet is redacteur voor www.europa-nu.nl.

Bron: Europese Commissie, NOS & landelijke dagbladen