Dubbeldenken over Europa

Gerrit Voerman is hoogleraar Ontwikkeling en functioneren van het Nederlandse en Europese partijstelsel aan de Rijksuniversiteit Groningen en verbonden aan het DNPP

Over een breed front hebben Nederlandse politieke partijen ‘iets dubbels’ over Europa. Vooruitblikkend naar de langzaam op gang komende verkiezingscampagne voor het Europese Parlement, valt Gerrit Voerman - directeur van het Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen (Rijksuniversiteit Groningen) - vooral het ‘dubbeldenken’ op.

‘Bijna allemaal - D66 en GroenLinks uitgezonderd - doen Nederlandse politieke partijen op een of andere manier gereserveerd over Europese integratie. Maar tegelijkertijd maken met name VVD, PvdA en CDA deel uit van brede Europese partijen die zeer pro-Europees zijn’, stelt ‘partijenkenner’ Voerman vast. ‘En dat dubbele maakt hen heel kwetsbaar.’

‘Neem de VVD’, licht Voerman toe. ‘Om zich Wilders van het lijf te houden is de partij van Mark Rutte uiterst kritisch ten aanzien van Europa, op het randje van euroscepsis. Maar als onderdeel van de Europese liberale partij steunt diezelfde VVD de kandidatuur van de Belgische oud-premier Guy Verhofstadt, een uitgesproken ‘eurofiel’, zoals sommige VVD’ers hem unverfroren noemen. Ga dat maar eens uitleggen.’

Over praktisch de hele linie - opnieuw: met uitzondering van D66 en GroenLinks - signaleert Voerman ' terughoudendheid' over Europa. 'Je kunt zeggen dat de grote partijen zich proberen te drukken,' vervolgt hij. 'Heel sterk is dat bij de VVD, de partij waarin sinds de jaren negentig van de vorige eeuw onder aanvoering van Bolkestein de reserves de boventoon voeren. Maar ook het CDA is veel kritischer over Europa dan vroeger. En bij de PvdA zie je hetzelfde: wel pleidooien voor een socialer Europa, maar zonder het vereiste instrumentarium - meer bevoegdheden - er bij te leveren.'

Die omslag in het politieke denken over Europa voert Voerman terug op 'de Fortuyn revolte', zoals hij het noemt. 'Na Bolkestein was Fortuyn eigenlijk de eerste die zich kritisch over Europa uitliet en er veel steun voor kreeg. In zijn voetsporen hebben alle grote partijen hun Europapolitiek aangepast. De accenten zijn anders komen te liggen. Er is veel meer aandacht voor het nationale, het eigene, de eigen plek van Nederland binnen Europa.'

Hoe weinig Europa nog leeft, laat zich volgens Voerman ook aflezen aan de geringe belangstelling voor de kandidaatstelling binnen politieke partijen. Aan de lijsttrekkersverkiezingen hebben 20 à 25 procent van de leden deelgenomen, 'nog geen kwart...'

‘En die desinteresse is des te opvallender omdat het Europese Parlement bezig is zich breed te maken. Er worden pogingen ondernomen om de verkiezing van de voorzitter van de Europese Commissie naar zich toe te trekken en de Commissie zo politieker te maken, als een opmaat naar wat je de Europese regering kunt noemen. En ook binnen het Parlement zal het na de entree van het blok rond Wilders en LePen heftiger, politieker toegaan.’

Maar binnen het Nederlandse partijwezen is vooralsnog weinig te merken van die machtsverschuiving. Over een breed front volhardt men in een afstandelijke, gereserveerde opstelling.

Voerman: 'Wat je ziet is dat de meeste politieke partijen over een evenwichtsbalk lopen. Aan de ene kant is er veel dat pleit voor een gezamenlijke Europese aanpak van bijvoorbeeld de financiële crisis, aan de andere kant worden ze geconfronteerd met een kritischer, zelfs sceptischer publieke opinie, aangevuurd door Wilders' PVV, maar ook door de SP.'

Die 'dubbelzinnigheid' is koren op de molen van partijen die niks van Europa willen weten, meent Voerman - 'rejectionisten' zoals de PVV. Maar toch gelooft hij niet dat de vorming van een blok rond LePen en Wilders erg solide zal zijn. 'Het lijkt mij erg fragiel', zegt hij. 'Het anti-Europeanisme is een erg smalle basis. De onderlinge verschillen, niet alleen over sociaal-economisch beleid maar ook over zaken als Israël of het homohuwelijk zijn binnen dat blok te groot om uit te groeien tot een eensgezinde, krachtige beweging.'

Deze bijdrage verscheen in'De Hofvijver' nr. 37 d.d. 16 december 2013.