Toch maar liever geen embargoregeling

Marc Chavannes, politiek journalist NRC/Handelsblad, heeft op verzoek van de redactie een standpunt tegen de embargoregeling geformuleerd.

Het woord embargo ademt een sfeer van blokkades, scheepsladingen die de haven niet mogen bereiken. Grote mogendheden die elkaar onder druk zetten. Met kanonnen.

Een embargo in Nederland is ook een afspraak met dwangelementen. Jij krijgt mijn nieuws, dozen vol, maar je houdt het stil tot mijn moment. Ik houd de regie. Jij kan beter navertellen wat er in staat.

Voor journalisten zijn embargo’s geen natuurlijke afspraken. Zij zitten niet aan tafel bij de machthebbers die besluiten nemen, en doorgaans ook niet onder tafel.

Maar soms pikken journalisten wel eens op wat er is besloten, of waarschijnlijk wordt besloten. Dan is het hun instinct en hun taak dat te publiceren. Vaak onvolledig, meer dan eens met feiten die één belanghebbende bewust in de publiciteit brengt, maar toch is het nieuws.

Een embargo in ruil voor officieel verstrekte informatie, is als een gekochte voetbalwedstrijd. In het geval van Prinsjesdag moet de voorhoede soms dagen lang treuzelen. De spits moet een toneelstukje opvoeren als hij eindelijk mag scoren. De keeper stond volgens afspraak in de verkeerde hoek.

In de elektronische tijd is het allemaal nog vluchtiger en vergeefser. Proberen voor een heel land te regisseren wat de mensen mogen weten en wanneer en hoe laat – het is een bijna totalitaire ambitie. Te rechtvaardigen met de voordelen van een gedegen voorbereiding en uitleg? De pers als educatieve dienst van de overheid?

Gaat u het weekeinde voor Prinsjesdag maar rustig slapen. Op Prinsjesdag hebben wij nieuws.