Belangenverstrengeling op het Binnenhof

Twee columns die Prof.dr. J.Th.J. van den Berg afgelopen mei voor parlement.com schreef over belangenverstrengeling van Kamerleden.

1 mei 2015

In de tijd dat ik lid was van de Eerste Kamer ontaardde een debat over het hoger onderwijs soms in een onderonsje van professoren over het universitaire onderwijs. Dat er een tak van hoger onderwijs bestond die heel wat groter was en hoger beroepsonderwijs heette, drong amper tot de dames en heren door. Ik vond mijn eigen fractie een lovenswaardige uitzondering omdat wij de scherpzinnige Jan Kassies. een man van het HBO, als woordvoerder hadden. Dat komt ervan, zeiden wij, als zo’n Kamer vol zit met hoogleraren. (Ik was er zelf een.) Het zal intussen niet echt beter zijn geworden, want nog steeds domineren de hoogleraren de ‘voor dames toegankelijke Heerensociëteit’, zoals ik de Eerste Kamer ooit ben gaan noemen. Ook nu is er echter een gelukkige uitzondering in de persoon van Thom de Graaf, die voorzitter is van de HBO-raad.

15 mei 2015

Nederland heeft een traditie van hoog ontwikkelde hypocrisie als het gaat om de erkenning van het feit dat het in de politiek gaat om het pleidooi en de weging van belangen. Officieel mag je alleen praten over het algemeen belang en het verschil tussen politieke groeperingen en personen dient zich te beperken tot hun politieke beginselen en overtuigingen. Dat achter die beginselen en overtuigingen vaak concrete belangen schuil gaan, wordt doorgaans weggemoffeld. Dat de meeste politieke partijen zijn opgericht, omdat specifieke (en uiterst fatsoenlijke) belangen niet of onvoldoende werden behartigd, zijn wij of vergeten of wij willen het niet meer weten.