Nederlandse integriteitskwesties

De Nederlandse landelijke politiek kent betrekkelijk weinig spraakmakende integriteitskwesties. Daarbij moet worden gedacht aan frauduleus handelen of corruptie. Er waren Kamerleden en ministers die in opspraak kwamen, maar meestal betrof het zaken die niet direct met het Kamerwerk te maken hadden. Bij ministers ging het vooral om de schijn van belangenvermening, zonder dat dit kon worden aangetoond.

Het bekendste geval van (vermeende) 'corruptie' was in 1865 de zogenoemde Limburgse brievenkwestie, waarbij de liberalen stemmen leken te hebben verworven door toezeggingen over de belastingwetgeving in Limburg. Ook de lintjesaffaire van 1909 is een bekend geval, waarbij er een link leek te bestaan tussen financiële steun aan de partij van toenmalig minister-president Kuyper, en de toekenning van een koninklijke onderscheiding aan dezelfde donateur.

Lees op parlement.com over