Laat jongeren meedenken over grensoverschrijdende Europese vraagstukken!

Titel-suggesties:

  • Gezocht: een nieuw verhaal voor Europa ... of kan het ook anders?
  • Europa als educatief slaapmiddel voor jongeren of ...?

Volgens velen in en rond het onderwijs is alleen al het noemen van Europa voldoende om leerlingen in een diepe slaap te doen wegzinken. Jammer natuurlijk, omdat we als klein land de grote grensoverschrijdende problemen van onze tijd niet meer in ons eentje op kunnen lossen en zonder Europees draagvlak met lege handen staan.

Onderwijskringen zijn dan ook - al vele jaren overigens - naarstig op zoek naar het nieuwe Europese verhaal waarmee jongeren wel voor Europa warm gemaakt kunnen worden. Nu is een goed verhaal over Europa natuurlijk nooit weg, maar de vraag is wel of we daar zulke hoge verwachtingen van mogen koesteren. Hebben we eigenlijk wel zo'n motiverend nieuw verhaal over Nederland voor handen? Is draagvlak wellicht ook op andere manieren dan met een motiverend verhaal te verwerven?

Op zoek naar zo'n andere manier experimenteert het PDC - binnen het partnerverband van het Montesquieu Instituut - al geruime tijd met een aanpak, die jongeren niet passief laat luisteren naar mooie verhalen over Europa, maar  actief aan het denken zet over grensoverschrijdende vraagstukken.

Dit vanuit de gedachte dat Europa al lang meer is dan een mooi verhaal over een ver verwijderd ideaal, maar een feitelijke realiteit waarmee we - met alle kritiek die daar op mogelijk is - wel beschikken over instituties en instrumenten om problemen die het nationale niveau ontstijgen, aan te pakken op een wijze waar vele landen buiten Europa jaloers op zijn.

Het eerste experiment betrof een projectweek onder het motto Nederland onder Water!? waarbij aan leerlingen van een zestal tweede klassen van het VMBO onder andere werd gevraagd:

  • In woord en beeld te schetsen hoe de wereld er over 20 jaar uit zou zien als we niets aan het probleem van de opwarming van de aarde zouden doen
  • Wat zij zelf en hun omgeving aan dit probleem zouden moeten doen
  • Wat we hieraan op nationaal en internationaal niveau zouden moeten doen
  • Een oproep te doen aan de bestuurders en politici van de Europa om snel tot een effectieve aanpak van de opwarming van de aarde te komen.

Hoewel deze aanpak als een waagstuk werd gezien: een en ander zou voor het VMBO te hoog gegrepen zijn, gingen leerlingen én docenten er enthousiast mee aan de slag, waren de aangedragen oplossingen vaak verrassend creatief en kon een leerlingen-delegatie enige tijd later vol trots het door hen geformuleerde convenant aan de voorzitter van de Europese Commissie en de voorzitter van het Europees Parlement aanbieden.

De opzet van deze aanpak om - bijna terloops en zonder propaganda te bedrijven - Europa als praktisch instrument in de denkwereld van jongeren te introduceren was dan ook zeker geslaagd. Bezwaar van deze aanpak is echter wel dat de gekozen opzet met een speciale projectweek nogal bewerkelijk is. Ook kunnen scholen niet ieder jaar  hetzelfde thema voor hun projectweek kiezen.

Om aan dit bezwaar tegemoet te komen is het afgelopen jaar in samenwerking met het ministerie van Buitenlandse Zaken geëxperimenteerd met een lichtere variant onder het motto "Denk even mee met de regering!". Bij deze variant kregen 5 groepjes leerlingen van de tweede klasse van het VMBO van staatssecretaris Ben Knapen een brief met het verzoek om mee te denken over de vraag welke van een tiental genoemde grensoverschrijdende problemen bij voorrang aangepakt zouden moeten worden. Hij vroeg ieder groepje hun aanbeveling aan hem te rapporteren en nodigde het groepje met de beste aanbeveling uit om op het departement met hem te komen lunchen.

Ook bij dit experiment waren de verwachtingen niet hoog gespannen. De beschikbare tijd (twee aaneengesloten lesuren) en de bij de leerlingen aanwezige kennis over de problemen zou onvoldoende zijn, maar ook bij dit experiment wisten de leerlingen hun docent én de staatssecretaris te verrassende met levendige discussies en volwassen afwegingen.

De uitkomsten van deze beide experimenten lijken de ervaringen te bevestigen van een al meer dan twintig jaar bestaand en inmiddels onder de hoede van het Montesquieu Instituut vallend initiatief: het Model European Parliament waarbij leerlingen van de vierde en vijfde klasse van het voortgezet onderwijs zich vol verve in de rol van Europarlementariers verplaatsen en in de vorm van door hen op te stellen resoluties serieus meedenken over belangrijke Europese problemen.

Kortom alle reden om niet al onze kaarten te zetten op de speurtocht naar het "nieuwe Europese verhaal". Het lijkt aannemelijk dat het ook anders kan: door jongeren actief mee te laten denken en zo impliciet te laten internaliseren dat Europa dan wel niet de pasklare oplossing is voor alle grensoverschrijdende kwalen, maar wel één van de belangrijkste verbanden waarbinnen we deze problemen aan dienen te pakken.