Wel of geen financiële bijlage?

Duitse en Nederlandse regeerakkoorden vergeleken

Waarom heeft het Duitse regeerakkoord geen financiële paragraaf en de Nederlandse variant wel? Misschien hebben Nederlanders ‘een illusie’ nodig, veronderstelt Peter Bootsma, onderzoeker bij het Montesquieu Instituut in Maastricht. Zijn de Duitsers realistischer?

De onderhandelaars van PvdA en VVD schijnen bij het opstellen van het regeerakkoord even geïnformeerd te hebben bij een aantal buurlanden naar hun recente ervaringen met het opstellen van een regeerakkoord. Van de oosterburen kwam het bericht dat, als een financieel kader niet zo veel mogelijk wordt dichtgetimmerd, het de wittebroodsweken van een nieuw kabinet grondig kan verpesten.

De nieuwe coalitie heeft zich dat aangetrokken: het regeerakkoord heeft een bijlage van 36 (!) pagina's getiteld 'Financieel beeld'. Het is overigens de vraag of Rutte en Samsom het maken van zo'n stuk niet toch al van plan waren. Ook het regeerakkoord van 2010 kende al een bijlage 'begrotingsbeleid' van 28 pagina's. Die 36 pagina’s bevatten tien tabellen met totaal 115 maatregelen, die elk kort worden toegelicht, en die duidelijk maken wat de financiële vertaling is van wat er in het regeerakkoord staat. Die tabellen zijn op zichzelf heel inzichtelijk. Dat de OV-kaart voor studenten wordt omgezet in een kortingskaart bijvoorbeeld, wordt voor 5 miljoen ingeboekt in 2016, voor 45 miljoen in 2017, en structureel staat deze maatregel opgenomen voor 425 miljoen euro.

Het probleem met dergelijke cijfers is natuurlijk altijd dat zij lijken te pretenderen te weten hoe de wereld er de komende vier jaar uit ziet. Soms zal dat ook het geval zijn. Zo is bekend hoeveel oldtimers er in Nederland zijn. Die zijn nu nog vrijgesteld van het betalen van motorrijtuigenbelasting, maar het nieuwe kabinet schaft die vrijstelling af. Je kunt dan uitrekenen dat dat in 2014 een bedrag van 156 miljoen oplevert, en dat hebben de onderhandelaars opgenomen. Intrigerend is overigens dat het bedrag daarna elk jaar met een miljoen afneemt: Rutte en Samsom denken kennelijk dat het aantal oldtimers gestaag zal afnemen.

Ingewikkelder wordt het al met het plan om de provincies Noord-Holland, Utrecht en Flevoland te laten fuseren. Kassa: vanaf 2015 elk jaar vijf miljoen minder in het Provinciefonds, structureel 75 miljoen ingeboekt. Minister Plasterk wil dat de fusie al bij de Statenverkiezingen van 2015 geregeld is, maar de eerste terugtrekkende bewegingen in die provincies zijn al gesignaleerd, zodat het conflict nu al voorspelbaar is. Dit is dus een voorbeeld van een bezuiniging waarvan het onzeker is of die gerealiseerd zal kunnen worden.

Maar hoe zit het dan met het regeerakkoord van de coalitie in Duitsland, dat in 2009 is gesloten tussen CDU/CSU en FDP? Gemeten in aantallen pagina's overtreft die weliswaar de nu afgesloten Nederlandse variant (132 tegen 81), maar in dat regeerakkoord is het inderdaad tevergeefs zoeken naar een financiële bijlage. Natuurlijk worden er wel bedragen in genoemd en worden daar ook wel jaartallen aan gekoppeld, maar een systematisch overzicht van de streefcijfers, uitgesplitst naar jaar en naar soort maatregel, ontbreekt geheel en al. Weliswaar is het heel waarschijnlijk dat dit soort lijstjes in de Bondsdag en op de departementen wel circuleren, maar omdat ze niet in het regeerakkoord staan opgenomen hebben ze geen officiële status. Het is plausibel dat het leidt tot flinke loopgravenoorlogen, vooral in de eerste maanden.

Resteert de vraag: waarom doen de Duitsers het op hun manier (zonder financiële bijlage) en wij op de onze (met)? Dat gaat vermoedelijk terug op de beide politieke culturen. Nederlanders hebben een geloof, of liever misschien: een illusie nodig. Iedereen in Den Haag weet dat de streefcijfers niet gehaald kunnen worden. De belangrijkste functie van zo'n financieel kader is dan ook vooral die van de disciplinering. Het is voor Zijlstra en Samsom heel comfortabel om plannetjes van hun fractieleden die geld kosten af te kunnen schieten met het argument: 'heel aardig bedacht en onze achterban zou het reuze mooi vinden, maar helaas: er ligt een financieel kader'. Wie dan toch door wil zetten moet al echt weten de ins en outs van een begroting kennen, en die kennen de meeste Kamerleden nu eenmaal niet, of de steun van de financieel woordvoerder van de fractie zoeken, maar juist die is ten nauwste gebonden aan het regeerakkoord. Als zo'n bijlage niet zou bestaan, dan geeft dat dus een stuk meer politiek gedoe. De noodzaak van een financieel kader ligt er, zo bezien, vooral in dat daarmee de rust in de coalitietent enigszins bewaard kan worden. Dan moeten de onderhandelaars natuurlijk wel precies weten wat zij opschrijven, wat bij Rutte in het geval van de zorgpremie evident niet het geval was. Het gevolg is dan ook meteen dramatisch: een valste start van de coalitie.

De Duitsers geven er kennelijk de voorkeur aan het gevecht over het geld na de opstelling van het regeerakkoord nog enige tijd voort te zetten. Zij weten en erkennen dat de wereld toch alweer veranderd is op de dag nadat het akkoord gesloten is. Men kan zeggen: de Nederlandse aanpak is een stuk handiger. Men kan ook zeggen dat de Duitse benadering veel realistischer is.

Deze bijdrage verscheen in 'De Hofvijver' nr. 22 d.d. 26 november 2012.